Klinische geriatrie: verschil tussen versies

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
==Wegrakingen: onderbehandeld en onderherkend, ook in de klinische geriatrie==
''Dr. N. van der Velde, AMC Amsterdam''
''Dr. N. van der Velde, AMC Amsterdam''
----
----
Regel 6: Regel 5:
|id= https://youtube.com/watch?v=R7hJAM4MBgE
|id= https://youtube.com/watch?v=R7hJAM4MBgE
|dimensions=1000
|dimensions=1000
|alignment=right
|alignment=left
}}
}}
<br clear=all>
<br clear=all>
==Wegrakingen: onderbehandeld en onderherkend, ook in de klinische geriatrie==
De klinisch geriater ziet veel oudere vallers, waarbij er ook sprake kan zijn van wegrakingen. Echter, in de praktijk zien ook wij de oudere patiënt met een wegraking regelmatig over het hoofd. Veelal is het bewustzijnsverlies van zeer korte duur, waardoor het over het gemist kan worden. En nog belangrijker, ongeveer de helft van de oudere syncopepatiënten kan zich het bewustzijnsverlies niet herinneren en zal zich bij de arts presenteren met een verhaal van vallen, zeker als er geen ooggetuigen waren. Ook is het zeer wel mogelijk dat slechts per toeval het verhaal van vallen of wegrakingen naar boven komt, bijvoorbeeld bij de tractusanamnese. Dit omdat veel ouderen geneigd zijn dergelijke zaken te duiden als passend bij veroudering en er geen hulp voor zoeken, totdat er een letsel optreedt waarvoor medische hulp noodzakelijk is. Hierin ligt een belangrijke uitdaging voor de klinisch geriater.  
De klinisch geriater ziet veel oudere vallers, waarbij er ook sprake kan zijn van wegrakingen. Echter, in de praktijk zien ook wij de oudere patiënt met een wegraking regelmatig over het hoofd. Veelal is het bewustzijnsverlies van zeer korte duur, waardoor het over het gemist kan worden. En nog belangrijker, ongeveer de helft van de oudere syncopepatiënten kan zich het bewustzijnsverlies niet herinneren en zal zich bij de arts presenteren met een verhaal van vallen, zeker als er geen ooggetuigen waren. Ook is het zeer wel mogelijk dat slechts per toeval het verhaal van vallen of wegrakingen naar boven komt, bijvoorbeeld bij de tractusanamnese. Dit omdat veel ouderen geneigd zijn dergelijke zaken te duiden als passend bij veroudering en er geen hulp voor zoeken, totdat er een letsel optreedt waarvoor medische hulp noodzakelijk is. Hierin ligt een belangrijke uitdaging voor de klinisch geriater.  


89

bewerkingen

Navigatiemenu